Whitsunday Islands

Vanaf Cairns gaan we met de trein langs de oostkust van Australie terug naar Sydney. Met verschillende stops. De eerste stop is Airlie Beach voor een bezoek aan de Whitsunday Islands.

Voor de Whitsundays maakten we een zeilcruise met een catamaran. We deden verschillende eilanden aan. Eerst gingen we tussen twee eilanden snorkelen. De eilanden liggen nog steeds aan het reef, dus zagen we weer koraal en verschillende mooie vissen. Na het snorkelen voeren we door naar White Haven Beach. Het was echt een hagelwit strand. Het bestaat voor 90% uit siliconen en maakt een leuk geluid wanneer je erover heen loopt. Het is zo fijn als poeder, maar het wordt niet heet. Heel bijzonder. Hier gingen we zwemmen, maar wel met onze wetsuites aan, vanwegen hele kleine, maar gevaarlijke kwalletjes. We hebben ze niet gezien. Weer aan boord kregen we een uitgebreide maaltijd. Alles heel goed verzorgd. We voeren nog langs meer eilanden en zagen een leuk optrekje. Het bleek van George Harrison te zijn. Het was een fantastische tocht. Leuk om op zo'n dag ook nog jarig te zijn.

Fraser Island

De volgende dag gingen we weer met de trein verder naar het zuiden, naar Hervey Bay. Daar wilden we oversteken naar Fraser Island, het grootste zandstrand ter wereld en bovendien het enige regenwoud dat op zandgrond groeit. We boekten een tour met een 4wheeldrive, want met gewone auto's is er niet te rijden. Er zijn alleen maar zandwegen. We reden eerst door het regenwoud en de gids/chauffeur vertelde veel over het eiland en de flora en fauna. De eerste stop was het Lake McKenzie, waar we gingen zwemmen. Het is een meer dat bestaat uit regenwater. omringd door zandstrand. Hierna gingen we naar het noorden van het eiland. We reden over het strand en dat is een officiele weg, compleet met verkeersborden. We stopten bij een scheepswrak, ouder dat de Titanic, maar vergelijkbaar. Vergaan in 1905. Daarna reden we door naar Indians Head, de enige rots op het eiland. Het heeft zijn naam gekregen van James Cook, die dacht dat hij hier in India was aangekomen. De rots steekt in het water en we zagen haaien zwemmen. Het is hier echt heel gevaarlijk om te zwemmen in de zee, vanwege de haaien. Ook zagen we hele grote roggen. Toen we weer op het strand waren stond de lunch klaar. Ook weer heel goed verzorgd. We reden nog een eind door over het strand naar de champagne pools. Dit zijn ondiepe pools, omringd door rotsen. Het zeewater spoelt naar binnen en het is lekker warm. Op de terugweg over het strand stopten we nog bij Eli Creek. Daar liepen we een eind landinwaarts tussen de bomen. Lekker fris water. Op het strand zagen we nog een paar dingo's, een soort wilde honden. We hebben al zoveel dieren gezien in het wild, echt heel bijzonder.

Bribie Island

In Hervey Bay stapten we weer op de trein, maar niet voor lang. Na drie uur stapten we uit in Caboolture, waar vrienden van mij ons stonden op te wachten. We gaan drie dagen bij hen logeren. Het is net ten noorden van Brisbane. Zij namen ons eerst mee naar de Glas House Mountains. Dit zijn 12 bergen die in een kring liggen en ze zijn miljoenen jaren geleden ontstaan na vulkaanuitbarstingen. Ze liggen midden in een vlak landschap. Het zijn ook weer heilige plaatsen voor de Aboriginals. Hierna gingen we naar Bribie Island, ook een zandeiland. Langs de kust zijn veel bijzondere bomen te zien, maar ook veel verschillende vogels, lijkend op papegaaien en parkieten, maar ook zagen we veel ibissen.

De volgende dag gingen we naar Brisbane, maar het regende heel erg. Daarom stapten we op de boot en voeren de rivier op en neer. 's Midddags was het iets droger en konden we iets meer van het centrum zien.